De jarenlange discussie rondom het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen heeft de laatste jaren vriend en vijand bezig gehouden. Vragen in hoeverre het gebruik hiervan noodzakelijk en/of veilig is waren daarin de meest gesproken onderwerpen.
In de vorige raadsperiode en in aanloop naar de in 2018 gehouden gemeenteraad verkiezingen heeft ook de PvdA de toezegging gedaan in een nieuwe raadsperiode haar verantwoordelijkheid te nemen.
Middels de motie “spuitarme zones” komt de fractie haar belofte na.
Jan Puper begon met een compliment aan de landbouw te geven.
“Laat ik beginnen met een compliment aan de landbouw, te vaak worden zij negatief afgeschilderd wat in onze beleving onterecht is.
In het huidige teeltseizoen zijn er goede situaties te zien waar agrariërs en aanwonenden op een juiste manier omgaan met wederzijdse belangen.
Het totaal aan gebruikte werkzame stof is ook afgenomen en ook worden nieuwe technieken of teelt wijzen waar mogelijk ingezet.
Het gentleman ’s agreement werkt dus op plaatsen goed”.
De motie geeft het college de opdracht om in de komende omgevingsvisie acceptabele zones in te stellen waar zowel met agrariërs als aanwonenden rekening moet worden gehouden in het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.
Belangrijk is te melden dat de zonering niet alleen is bedoeld voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen bij de teelt van lelies maar ook bij de teelt algemeen waar intensief gebruik gemaakt wordt van deze middelen.
Het college hield zich, tot nu toe, stil en onthield zich van commentaar, ook op de uitkomsten van het rapport van de RIVM.
In aanloop tot de motie is er door de fractie veel gesproken met betrokken instanties, telers, provincie en zelfs Den Haag. Doel van de motie was voornamelijk om een stap verder te gaan. De PvdA wil in Westerveld voorloper zijn om de juiste balans tussen landbouw, wonen en recreëren te krijgen.
De wethouder gaf aan dat provincie, gemeente en vertegenwoordiging van de 2e kamer deze week in gesprek gaan om te kijken of er b.v. een pilot gestart kan worden in Westerveld om te onderzoeken waar de kansen, morgelijkheden maar ook de onmogelijkheden liggen.
Deze toezegging is juist wat de fractie bereiken wilde. Reden om de motie voorlopig aan te houden om provincie en gemeente enige tijd te geven om te komen met een plan.
Indien de resultaten onvoldoende zijn zal de fractie de motie wederom indienen.
Opvallend was dat er nagenoeg niet is gereageerd op de motie door de coalitie partijen, terwijl juist vanuit die kant van de politiek veel geroepen is over zonering….
De opdracht die stonden verwerkt in de motie zijn;
1. roept het college op; om in overleg met LTO en eventuele andere branchevertegenwoordigers een normwaarde vast te stellen voor wat men intensief gebruik van gewasbeschermingsmiddelen noemt, de normwaarde wordt gebaseerd op de hoeveelheid werkzame stof per ha;
2. de zonering voor gewassen met intensief gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te bepalen op 50-
meter vanaf rand bebouwde kom of rand Natura 2000-gebied;
3. de onder genoemde 2 zonering halveren tot 25 meter wanneer men een hoog gewas (bijvoorbeeld maïs, olifantsgras, graan etc.) tussen zet, dat een deel van de gewasbeschermingsmiddelen afvangt;
4. te bepalen dat de zonering ook geldt voor nabijheid van biologische landbouw en recreatie, hierbij een zone van 25 meter (of 12,5 meter bij gebruik van hoog tussengewas). Het is aan de biologische landbouw en recreatie vrij om op eigen grond een zone of tussengewas te creëren;
5. te bepalen dat, in plaats van een hoog gewas, ook een kruidenrijk bloemenmengsel gebruikt mag worden conform de beheerpakketten voor akkerrandenbeheer;
6. bij nieuwe percelen met biologische teelt er geen zonering geldt ten behoeve van bewoning of recreatie;
7. te bepalen dat zonering buiten de bebouwde kom van 25 meter vanaf bewoning (of 12,5 meter bij gebruik van hoog tussengewas;
8. blijvend voorlichting te geven aan inwoners inzake het gebruik van ‘gewasbeschermingsmiddelen’. Is er onvoldoende kennis in huis bij de gemeente, dan kan de gemeente een onafhankelijk adviesbureau inhuren, bv middels de Delphy methode;
9. om het open stellen van de milieu informatielijn voor vragen over gebruik gewasbeschermingsmiddelen in samenspraak met brancheorganisaties;
10. de Rijksoverheid en het RIVM stimuleren om onderzoek uit te voeren naar effectiviteit van de zonering;
11. de invulling van de spuitarme zones in te laten vullen in directe samenwerking en overleg met de branchevertegenwoordigers o.a. LTO;
12. bovenstaande aandachtspunten op de nemen in de voorschriften in de Omgevingsvisie van de
gemeente Westerveld;
13. de provincie Drenthe (en voor Drents-Friese Wold ook Fryslân) verzoeken om in de 2e
generatie Natura 2000-beheerplannen het intensief gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in het toetsingskader op te nemen,